Wednesday 30 May 2007

Paprika kweken
Eigenlijk is dit vooral aan te raden als je een kas of verwarmde serre hebt want de planten zijn niet zo geschikt voor ons wisselvallige klimaat. Wind, regenperiodes en vooral de temperatuurschommelingen zorgen ervoor dat je ze beter niet buiten kunt uitplanten, tenzij je ze heel beschut kunt wegzetten. Heb je geen kas, dan kun je ook in emmers kweken. Een voordeel is, dat je die buiten kunt zetten als het weer het toelaat. Een paar dingen kun je in de gaten houden:
1. de temperatuur
De temperatuur is heel belangrijk. De zaden kiemen bij een temperatuur tussen de 22-25 graden. In de vensterbak is dat geen probleem meestal. Tot het verspenen houden we de temperatuur tussen de 20-23 graden en daarna moet het steeds tussen de 16 graden 's nachts en 22 graden overdag blijven. Dat klinkt heel lastig als je geen kas hebt. Trouwens, met die kas is het ook uitkijken. Niet te vroeg uitplanten als de grond nog te koud is, want dan krijgen ze voetrot of een groeistilstand. Meestal plant men na 1 mei de jonge plant in de kas uit. Wij deden het zo: opkweken in de vensterbank. Bij slecht weer (regen begin mei) staan ze daar warm genoeg. Bij mooi weer wordt het daar 's middags te warm (vast hoger dan 25 graden). Je ziet je plantjes dan helemaal slap gaan hangen. Zodra de volle zon daar 's middags komt en het te warm wordt, verhuizen de planten naar de bijkeuken waar het koeler en schaduwrijker is of we zetten ze buiten onder de parasol. Het mag dan niet te hard waaien (kunnen ze niet tegen) en ze mogen ook niet in de volle zon (gaan ze ook slap hangen). Tot op heden gaat het goed, maar het is eigenlijk een echte kasplant.
2. Grond en bemesting
Zaaien gebeurt in een mengsel van 4 delen potgrond en 1 deel mager zand. Wij namen zelf potgrond en daar staan ze nog steeds in. Dat gaat ook dus. Als je niet te dik zaait, kun je het verspenen zo lang mogelijk uitstellen, Bij ons duurde het lang voor het zaad opkwam en het lukte zeker niet allemaal. Dat schijnt normaal te zijn. Bij ideale omstandigheden komt 70 % van het zaad ongeveer op. Vanaf maart kun je ze al zaaien, binnenshuis natuurlijk.
Verspenen gebeurt in gewone potgrond en pas als het eerste bloempje verschijnt, mogen de planten de kas in, mits de grond tot 15 graden is opgewarmd. In de kas worden ongeveer 3 planten per vierkante meter uitgeplant. Je kunt dus ook in potten of emmers kweken en het beste is dan een mengsel van 2/3 potgrond en 1/3 turf. Let er bij het overplanten steeds op dat je de kiembladeren boven de grond houdt, anders krijgen ze last van schimmels en voetrot.
Qua bemesting is er veel overeenkomst met tomatenplanten. Ook voor paprika's zijn voldoende stikstof en kalium belangrijk. Er moet daarbij een juiste verhouding tussen stikstof, kalium en magnesium zijn om de planten gezond te houden en tevens voor goede vruchten te zorgen. Teveel stikstof veroorzaakt een te weelderige bladgroei en dat gaat ten koste van de vruchten. Het is dus zaak om de juiste meststof te gebruiken. Een NPK-verhouding van 12+8+18 is belangrijk (12 delen stikstof, 8 delen fosfor en 18 delen kalium). Dit is als samengestelde meststof te koop en je kunt er de kasgrond vooraf mee bemesten. Er wordt ook bekalkt, dit kun je ook vooraf doen maar niet tegelijk met de andere meststof. Daarna zul je tijdens de groei en vruchtafzetting ook regelmatig moeten bijmesten. Dit kan in het gietwater.Wie in potten kweekt, kan sowieso vloeibare meststof gebruiken in het gietwater. Kies een kaliumrijke meststof en gebruik daarvan ongeveer 2 gram per liter gietwater steeds als je de planten water geeft. Pokon voldoet niet, die heeft te weinig en niet de juiste verhouding van de meststoffen. Maar als je kunt de kaliumrijke meststof in elk geval ook voor je tomatenplanten gebruiken, dus da's mooi meegenomen.


Zaaien

Wat betreft de zaadkeuze kunnen we ons beperken tot de zaadvaste rassen. In tegenstelling tot bij tomaat waar de veel duurdere hybriderassen wel te verantwoorden zijn is er bij parika een gering produktieverschil tussen hybriderassen en andere rassen, althans voor de liefhebber. het voordeel van zaadvaste rassen is ook dat we gemakkelijk zelf zaad kunne opdoen. Haal uit een rijpe vrucht de zaadlijsten, tracht deze zoveel mogelijkt spoelen in water en en laat deze onmiddelijk op een stuk krantepapier in een droge ruimte opdrogen

Temperatuur (ideaal)
J nachttemperatuur
R dagtemperatuur
KIEMING
22-25° C
22-25° C
TOT VERSPENEN
20° C
23° C
TOT OPEN ZETTEN
18° C
20-21° C
TIJDENS AFKWEEK
16° C
22° C

De zaaigrond bestaat uit 4 delen potgrond en 1 deel mager zand. Dit wordt dan goed bevochtigd en opgewarmd tot een temperatuur van 23° C. Het zaaien gebeurt door het zaad bovenop te verspreiden, water te geven met lauw water en af te dekken met een dun laagje mager zand. Het geheel gaan we afdekken met een glasplaat. De glasplaat zorgt voor een voldoende hoge temperatuur en belet tevens dat het zaaisubstraat gaat uitdrogen. Direkt nadat de zaden beginnen te kiemen wordt de glasplaat verwijderd. Water geven gebeurt nu met een verstuiver. Eenmaal de kiemblaadjes volledig zichtbaar hoeven wij helemaal niet zoveel water meer te geven.
Zaai niet te dik zodat we eventueel het verspenen wat kunnen uitstellen. Dit is vooral van belang wanneer we te weinig verwarmde ruimte ter beschikking hebben. Hou er ook rekening mee dat maximum 70% van het zaad bovenkomt, dit is helemaal niet te wijten aan een slechte behandeling!
Het verspenen kan gebeuren wanneer het eerste echte blaadje te voorschijn komt. Dit is zo'n 14 dagen na het zaaien. Eventueel kunnen we wachten tot het tweede echte blaadje te voorschijn komt. Wees zeer streng bij de selectie van het verspeenmateriaal. Plantjes die duidelijk kleiner zijn dan de rest gebruiken we beter niet. Ook als de kiemblaadjes wat misvormd zijn is het mogelijk dat dit een slechte plant oplevert.Het verspenen gebeurt best in potten met een diameter van 12 cm gevuld met universele potgrond. Op die manier kunnen we het uitplanten zo lang mogelijk uitstellen. Om voetziektes te vermijden zorgen we ervoor dat de kiemblaadjes bij het verspenen boven de potgrond uitkomen.
Een te lage temperatuur tijdens de opkweek zorgt ervoor dat onze planten "stilvallen". Als we de indruk hebben dat onze plantjes te bleek staan dan kan dit te wijten zijn aan te veel water. Een andere oorzaak zou kunnen zijn dat er te weinig stikstof in voorraad is. Vooral wanneer het onze bedoeling is grotere planten in plastiekpot op te kweken kunnen we dan voor voeding zorgen door bijvoorbeeld 4 gram blauwe korrel per liter gietwater op te lossen.
Goed en breed uitgegroeid plantmateriaal is belangrijk om later ook een grote plantbelasting met vruchten te kunnen aanhouden.
Het planten.
Onder glas planten we ten vroegste eind april bij zacht weer,anders wachten we best tot 1 mei. Plant niet te vroeg, want de koude kan veel meer kwaad doen dan een week later planten. Te vroeg planten kan een groeistilstand veroorzaken Een week vroeger planten in een koude periode betekent helemaal niet dat je ook een week vroeger zult kunnen oogsten. We moeten planten in een opgewarmde grond, dit betekent een minimale grondtemperatuur van 15° C. Houden we dit niet in acht dan stijgt de kans op wortel- en voetziektes.
Als er geen andere gewassen in de kas aanwezig zijn kunnen we dit bekomen door de ramen enkele dagen volledig dicht te houden. Andere mogelijkheden zijn : de grond afdekken met plastiek, werken met een broeiveur of planten op een heuveltje. Een plant is plantklaar als het eerste bloempje duidelijk te zien is.
We streven naar een plantdichtheid van 2,5 tot 3,5 planten per m2, dit hangt ervan af of we kiezen voor het tweestengelsyteem of driestengelsysteem. Bijvoorbeeld 80 cm tussen de rijen en 50 cm in de rij of 70 cm tussen de rijen en 40cm in de rij.
De potkluit moet bij het uitplanten goed vochtig zijn, want de plant moet de eerste dagen hieruit zijn reserves gaan putten. Draag er zorg voor dat er geen wortelbreuk is bij het uitplanten.
We letten er op dat de bovenkant van de potkluit niet bedekt wordt met serregrond, daardoor stijgt de kans op voetziektes. De kiemblaadjes mogen dus zeker niet onder de grond terechtkomen.
Om het aanspoelen van de grond en de inworteling te bespoedigen gieten we aan met water van ongeveer 20° C.
Ook is het mogelijk om paprika's in emmers te kweken, met daarin een mengsel van potgrond (2/3) en turf (1/3). We werken dan altijd met twee stengels per plant ( te geringe groeikracht). Dan is het zeer belangrijk bijna dagelijks water te geven in een hoeveelheid, afhankelijk van het weer. Dan moeten we in ieder geval meststoffen oplossen in het gietwater.

No comments: